Hoe gaan zorginstellingen met de toenemende vraag naar acute zorg om? In dit artikel worden de ervaringen van zorgverleners binnen de huisartsenzorg, ambulancezorg, spoedeisende zorg (SEH’s) en eerstelijnsverblijven besproken. Welke problemen vonden de afgelopen jaren plaats en hoe speelden de zorginstellingen hierop in?
Huisartsenzorg
In Nederland zijn er 120 huisartsenposten. Een deel van de huisartsenzorg betreft acute zorgverlening. De afgelopen jaren is de zorgvraag binnen deze instellingen fors gestegen. Alleen het aantal telefonische consulten lijkt af te nemen. Over het algemeen geeft de helft van de huisartsen aan dat zij de toegenomen zorgvraag moeilijk kunnen hanteren. Dit doet zich vooral tussen 15.00 en 18.00 uur en 21.00 en 00.00 uur voor. Om beter te kunnen identificeren welke gevallen met spoed opgepakt dienen te worden, wordt gebruikgemaakt van triage. Hierdoor kunnen patiënten ondanks de drukte naar de juiste zorg doorverwezen worden.
Ambulancezorg
De ambulancezorg is op te delen in spoedeisende (A1, A2) en planbare (B) zorg. Ambulances trekken er in Nederland het vaakst voor spoedgevallen op uit. De capaciteit en mogelijkheden nam de afgelopen jaren steeds verder toe. Dit om de stijgende vraag aan te kunnen, wat mede te verklaren is door het toenemende aantal ouderen. Ambulancepersoneel geeft aan dat er eigenlijk nog meer eenheden nodig zijn en dat de meldkamertriage verder aangepast moet worden om acute zorg toegankelijker te maken.
Spoedeisende hulp
De capaciteit op de spoedeisende hulp is de afgelopen jaren alleen maar toegenomen, net als het aantal patiënten. Volgens zorgverleners zien zij echter vaak patiënten die eigenlijk voldoende hadden gehad aan huisartsenzorg. Een intensievere samenwerking met hen zou de acute zorgverlening volgens de zorgverleners kunnen verbeteren. Op dit moment worden er vaak stops toegepast, waardoor zorg ‘stil komt te staan’.
Eerstelijnsverblijf
Net als bij andere acute zorginstellingen neemt het aantal patiënten op een eerstelijnsverblijf toe. Dit zijn vooral ouderen. Op dit moment is er voldoende capaciteit, maar zorgverleners geven aan dat het niet altijd inzichtelijk is of en waar er bedden vrij zijn. Hiervoor wordt nu een oplossing gezocht.